Lien Verwimp legt uit hoe zij nieuwe invalshoeken ontdekt, met enkele van ‘s werelds meest bezochte straten als decor
Als ervaren toerist, reisjournalist en fotograaf is Lien Verwimp iemand die precies weet naar welke ervaring ze op zoek is als ze naar een voor haar nog onbekende plek afreist. Als medeoprichter van Daymaker, een platform dat mensen aan hun ideale reisroutes koppelt, begrijpt ze beter dan wie dan ook dat mensen graag allemaal op hun eigen manier reizen.
“Je kunt niet iedereen over één kam scheren”, vindt ze. “Er speelt meer dan alleen houden van de natuur en meer niet. Het zijn de combinaties die ertoe doen. Dat vind ik het meest fascinerende: mensen vinden met dezelfde combinaties van interesses.”

Op zoek naar wat interessant is
“Voor mij is het een vrij diverse mix. Er zijn naar mijn mening drie belangrijke aspecten”, geeft Lien aan. “Het eerste is zoeken naar lokale, authentieke ervaringen. Maar tegelijkertijd hou ik ook van de drukte van een stad, van de energie van toerisme en van wat dat allemaal met zich meebrengt. En ten derde ben ik – hier komt een typische Daymaker-term – een echte ‘bon vivant’. Dat betekent dat ik dol ben op horeca en verfijnd dineren; ik besteed het grootste deel van mijn vakantiebudget aan dat soort dingen.”
Of Liens zeer specifieke reisinteresses van invloed zijn op haar fotografie? “Absoluut, ik ben altijd op zoek naar de lokale cultuur en authentieke ervaringen. In de fotografie komt dat vaak neer op plaatsen en voorwerpen, maar voor mij gaat het vooral om het maken van foto’s van mensen, de plaatselijke bevolking”, legt ze uit.

Bij deze vorm van spontane straatfotografie komt het er volgens Liens manier van denken op neer dat het vinden van het juiste onderwerp voorrang heeft op het zoeken naar de ideale omkadering. “Ik zoek niet altijd naar de mooiste achtergronden”, merkt ze op. “Ik vind het prima om mensen te fotograferen die ergens mee bezig zijn, zolang je daardoor maar iets herkent of voelt. Dan wordt het decor alsnog fotogeniek.”
De reden waarom Liens reisfoto’s zich onderscheiden is het feit dat zij ruimte over laat voor toevallige ontdekkingen. Dat wil niet zeggen dat haar succes puur te danken is aan geluk; van haar fotografiecarrière zoals die zich tot nu toe heeft ontwikkeld kan even goed worden gezegd dat er het verlangen uit spreekt om beter te worden. Tijdens een recente reis naar Venetië probeerde Lien haar portfolio verder uit te breiden door te experimenteren met een breder scala aan belichtingsomstandigheden.

Haal het meeste uit het beschikbare licht
“Mijn combinatie van reisinteresses betekent dat ik altijd een mix van onderwerpen fotografeer, of dat nu het interieur van een hotel is, of een creatief gerecht in een restaurant”, legt Lien uit. “Dat maakt het behoorlijk uitdagend, omdat het licht, de textuur en de schaal overal anders zullen zijn.”
Het mooie van reisfotografie is dat ieder genre erin terugkomt. Van architectuur- tot food- tot straatfotografie, je komt al een enorme verscheidenheid aan fotografische onderwerpen tegen als je ook maar één enkel plein oversteekt!
“Ik heb mezelf ertoe uitgedaagd om beter te worden in het werken met verschillende belichtingsscenario’s. Dat komt omdat ik graag met zonlicht werk, maar dat is niet altijd mogelijk. Ik wilde daarom kijken of ik me ook in andere situaties kan aanpassen”, vervolgt Lien. “Ik was genoodzaakt om veel te leren en me snel aan te passen.”
Bij een bezoek aan Venetië buiten de zomerpiek heb je gegarandeerd minder gunstig weer, dus een bekwame reisfotograaf moet voorbereid zijn op alle omstandigheden. “Veel fotografen hebben het over ‘het gouden uur,’ waarin je natuurlijk kunt profiteren van het beste licht voor je foto’s”, vervolgt Lien. “Maar niet als op een heldere dag de zon niet schijnt, toch?”

“Ik liep van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat door de stad om te ontdekken hoe goed ik erin zou slagen om me aan te passen… en ik heb er enorm van genoten,” vertelt ze enthousiast. “Ik vind ook niet dat deze foto’s minder mooi zijn dan mijn klassieke zomerfoto’s die bij veel zonlicht zijn gemaakt.”
Onder meer bewolkte omstandigheden ontdekte Lien dat ze door fundamenteel van stijl te veranderen erin slaagde om optimaal gebruik te maken van het licht dat op de sensor valt. “Vooral voor de beelden die ik rond het middaguur maakte, toen het een beetje somber was, gebruikte ik vaker zwart-wit”, vertelt ze. “Minimale bewerking is al voldoende, omdat je met FUJIFILM Film Simulations heel goed werken kunt. Maar als de belichting niet zo goed is, kun je altijd nog wat extra licht toevoegen bij het nabewerken.”
Tijdens haar reis heeft Lien ook een hotel gefotografeerd, wat haar voor nog meer uitdagingen stelde. “De belichting had daar natuurlijk meer een regelbaard karakter, omdat ze kunstmatig is. Maar uiteindelijk besloot ik gewoon het natuurlijke licht te gebruiken, dus om zorgvuldig te observeren hoe en uit welke richting het precies de kamer in kwam. Hoewel de zon niet scheen, kwam er toch licht van buiten binnen. Door zo te kijken was ik beter in staat de details te accentueren die ik wilde benadrukken, zoals bijvoorbeeld de lakens op een bed. Ik werkte bij veel minder licht, zodat ik de nadruk kon verleggen naar de specifieke details die nog genoeg licht kregen.”

FUJIFILM X-T50: een ideale reisgenoot
Door te werken met de FUJIFILM X-T50 en de FUJINON XF16-50mm F2.8-4.8 R LM WR kon Lien haar stijl zoveel als ze maar wilde veranderen. Om te beginnen geeft de Film Simulation-knop op de bovenplaat van de camera direct toegang tot een selectie van 20 unieke analoge Fujifilm-modi.
“CLASSIC CHROME is mijn favoriet, maar ik breng altijd wat bewerkingen aan om precies op de kleurstelling uit te komen die ik graag gebruik,” aldus Lien. “Maar nu ben ik voor het eerst meer gebruik gaan maken van PROVIA. Het is met de X-T50 zo eenvoudig om van stijl te veranderen. Je kunt met de draaiknop heel snel van Film Simulation wisselen. Het is een geweldige camera voor reizigers die zelf willen leren en experimenteren.”
Dankzij een 40-megapixel sensor en tot wel 7,0 stops IBIS geeft de camera scherpe details en uitstekende stabiliteit, wat ideaal is voor uit de hand fotograferen bij weinig licht. “Het kwaliteitsniveau is zo hoog dat je meteen kunt beginnen met experimenteren, zelfs als je nog niet zo veel ervaring hebt. De resolutie is goed en de autofocus is snel; zelfs bij minder fijn licht is er meer kans op een scherp beeld.”

Het bijbehorende standaardzoomobjectief, de XF16-50mm F2.8-4.8, levert topprestaties in een lichte behuizing. Met zijn slechts 240 gram is het een fantastische allround-camera om altijd bij je te hebben, met brandpuntsafstanden die perfect geschikt zijn voor reisfotografie.
“Hij heeft ook een prima groothoek, wat handig is bij reisfotografie omdat je dan veel meer in je compositie opnemen kunt”, legt Lien uit. “Ook de beeldkwaliteit is geweldig dankzij de flexibiliteit van het diafragma. En hij presteert goed onder alle weersomstandigheden – ook niet onbelangrijk! Je wilt er zeker van zijn dat je apparatuur gewoon blijft werken, ook als je aan het wandelen bent en het begint te regenen.”

Je eigen reisfotografiestijl ontwikkelen
Hoewel Lien Venetië buiten het hoogseizoen bezocht, was ze niet optimistisch over de drukte in de stad. “Ik denk dat het in Venetië het hele jaar door hoogseizoen is”, merkt ze op. “Ik had zoveel negatieve artikelen gelezen over hoe druk het er altijd is. Ik vroeg me meer af of er nog wel plekjes zouden zijn waar de authentieke lokale sfeer nog aanwezig is.
“Maar ik was aangenaam verrast. Natuurlijk waren er veel mensen, maar ik ging vroeg op pad en bleef tot ’s avonds laat buiten rondlopen. Er bestaat zeker nog steeds een authentiek lokaal leven, wat dat betreft zijn mijn verwachtingen ruimschoots overtroffen. Ik kreeg het gevoel dat de stad wel degelijk trouw aan zichzelf is gebleven.”
Hoe gaat Lien te werk om deze momenten van authenticiteit vast te leggen? “Ik richt me vaak op twee dingen”, vertelt ze. “Kleine details – zodat ik kan ontdekken wat ze allemaal te vertellen hebben – en expressiviteit. Expressiviteit kan te vinden zijn in iemands gezicht maar bijvoorbeeld ook in een natuurfenomeen, zoals weersomstandigheden die je ertoe dwingen om op een unieke manier te werk te gaan.

“In een drukke stad als Venetië moet je naar kleine dingen op zoek gaan die aan het ‘Venetiaanse gevoel’ uitdrukking geven”, merkt Lien op. “Ook het feit dat ik alleen reisde speelde een rol; ik was me veel bewuster van mijn zintuigen en mijn omgeving. Daarom had ik veel meer tijd over om heel specifieke foto’s te maken.
“Ik was er een paar dagen in mijn eentje, dus ik kon gewoon door de stad slenteren, door heel veel straatjes en steegjes wandelen en een goede indruk krijgen van waar het in Venetië allemaal om draait.
“Ik wil dat vaker gaan doen en alleen met mijn camera naar steden reizen. Het belangrijkste doel van reizen is immers dat je voelt wat de essentie van een bepaalde bestemming is. Een camera bij me hebben helpt me erbij me meer bewust te zijn van wat er om me heen allemaal gebeurt.”

Wat voor Lien het ‘Venetiaanse gevoel’ is, kan voor een andere reisfotograaf iets totaal anders zijn. Schoonheid (of in dit geval wat fotografisch gezien interessant is) is immers subjectief. Maar alleen ervaring kan een fotograaf beter doen begrijpen wat iets wel of niet tot een interessant of betekenisvol beeld maakt.
Voor Lien draait het minder om pure esthetiek en meer om het vastleggen van momenten die de energie van een bepaalde plek vangen. “Ik ben niet te veel bezig met de puur technische kant”, legt ze uit. “Voor mij is de emotionele kant van fotografie belangrijker.”

Die documentaire houding geeft een ruimdenkende visie op wat technisch gezien eerder als suboptimale omstandigheden kan worden gezien. Regen of zonneschijn, Lien wil het beste maken van alles wat op haar pad komt.
“Je hebt zo de mogelijkheid om unieker te zijn. Oké, ik baal ook als het regent. Het is allemaal minder spetterend dan wanneer de zon schijnt. Maar iedereen kan bij zonnig weer een mooie foto maken, daarvan zijn er meer dan genoeg. Onverwachte omstandigheden zijn een goede manier om jezelf te onderscheiden, om te kijken hoe je een plek in een totaal ander licht kunt weergeven en daarmee andere emoties kunt oproepen. Je kunt het ook als een cadeautje zien: een kans om die locatie uit een geheel nieuw perspectief te laten zien.”